Afgeplakte namen
8 september 2019
“U bent jarig binnenkort. 93 wordt u”.
De verjaardagskalender hing open op de maand mei. Naast verschillende data stonden namen van bewoners. Naast andere data waren witte stickertjes over namen geplakt.
“M’n dochter zal zo wel komen", zei de mevrouw wiens verjaardag op komst was.
Ze wachtte op een verpleegkundige die haar naar haar appartement zou brengen. Iemand had klassieke muziek opgezet.
“Waar blijft m’n dochter nou toch?”
Stel, op je werk heb je vijftig collega’s. Als iemand overlijdt is dat een grote schok. Je praat erover met elkaar. Voor directe collega’s is er misschien wel meer professionele hulp.
En stel dan voor dat iedere maand een collega sterft. Wat moet dat voor sfeer opleveren?
Dat is wat mensen in een verpleeghuis meemaken. Is de schok kleiner omdat de meesten van hen de tachtig of negentig zijn gepasseerd?
"Weer eentje", zei iemand onlangs toen een mede-bewoner was overleden.
Natuurlijk zijn bewoners ook vaak opgewekt. Er zijn groepsactiviteiten, ze maken een praatje met elkaar. Maar ze worstelen allemaal met hun eigen gezondheid. En misschien hebben ze elke maand wel een verlies van een naaste in het verpleeghuis te betreuren.
Logisch dat je dan vurig hoopt dat je dochter binnenkomt.